“Ik voel me gewoon nog een vent van in de dertig,” Aad van den Heuvel

Aad van den Heuvel gaat al een paar jaar als tachtiger door het leven. Voor sommigen is dat op leeftijd, maar Aad staat nog midden in het leven. Het had allemaal heel anders kunnen lopen. In de lijn der verwachting zou Aad het carrièrepad volgen van zijn vader en alle mannen in de familie, als zeeman maar inmiddels is hij negen boeken verder en heeft hij heel wat reportages op zijn netvlies.

Het begon allemaal bij een freelance-bestaan als sportverslaggever voor verschillende titels. En dat is waar het allemaal begon, de carrière voor de nationale televisie. Aad had een interview met de directeur van de KRO Jan Castelijns. Althans hij had een gesprek dat een interview had moeten zijn, maar dat uiteindelijk een directe sollicitatie bleek. Drie dagen later kon Aad aan de slag als verslaggever bij de KRO. Een samenloop van omstandigheden en “puur dom geluk,” als je het Aad vraagt.

“Als het balletje rolt, rolt hij gewoon. En ik was erbij.”

Ook bij de bal van Brandpunt was Aad van den Heuvel aanwezig. De KRO wilde een actualiteitenprogramma op de buis brengen, dat resulteerde in ‘Focus’. ‘Focus’ werd ‘Brandpunt’ en de carrière van Aad van den Heuvel was geboren. U herinnert zich de legendarische momenten van de Berlijnse muur nog wel? Of de reportage in Belgisch Congo. Brandpunt nam u mee langs de meest bijzondere plekken over de hele wereld.

“Ik weet nog wel dat we aankwamen met een boot bij een stam in Nieuw Guinea. Een zogenaamde witte vlek op de kaart, waar de mensen nog nooit met de westerse wereld in aanraking waren geweest. Wij dachten hen te gaan bekijken, maar het tegendeel bleek waar. Zij bestudeerden ons. Zij kwamen aapjes kijken, niet andersom.”

De glimlach breed over het gezicht spreekt boekdelen en Aad lijkt af te dwalen in de herinneringen van een tijd geleden.

“Ik zou het graag nog eens doen.”

Naast Brandpunt leerde we Aad van den Heuvel ook kennen bij onder andere de programma’s ‘J.C.J. van Speykshow’, ‘Cursief’, ‘De Ver van mijn Bed-show’ en natuurlijk niet te vergeten de ‘Alles is Anders Show’. Maar het liefste leert Aad ons dingen over het leven, over de wereld, als schoolmeester die zijn leerlingen verhalen vertelt.

Met zijn 82 jaar zou hij nog steeds graag die schoolmeester willen zijn zoals vroeger. “Er zijn nog zoveel thema’s waar we de wereld iets over moeten vertellen en ik zou per direct het vliegtuig pakken,” zegt hij, “maar ik laat dat liever over aan een nieuwe, talentvolle generatie”.

Iemand zou het over moeten nemen van Aad en er zijn genoeg talenten die dat kunnen. Al zou hij, het liefst nog steeds zelf gaan. Aad denkt nog niet aan stoppen. Sterker nog, stoppen waarmee?

Zijn vaders wijsheid: “Als je jong bent moet je een leuk vak kiezen, dan hoef je nooit meer te werken.”

En hoewel we Aad niet meer op de televisie kunnen bewonderen, is hij wel nog steeds actief. Hij is actief op de radio, hij is bezig met (weer) een boek en hij wil graag nog iets doen met zijn logboeken uit de tijd van Brandpunt.

“Toen is er geen tijd geweest om de verhalen een papier te geven. Ik heb logboeken bijgehouden om na een reportage bij het monteren feiten en locaties paraat te hebben maar ook om het een en ander van me af te schrijven en herinneringen vast te leggen, daar wil ik nog wat mee doen.”

Nu neemt Aad even rust en wat meer tijd voor de mensen om hem heen. Twee jaar geleden werd hij opgeschrikt door die verschrikkelijke ziekte kanker, maar ook toen heeft hij naar eigen zeggen ‘dom geluk’ gehad. ‘Dom geluk’ tot uitstel, tot genezing, tot een heel klein beetje afstand van die verschrikkelijke ziekte. Deze samenloop van omstandigheden is hoe het leven loopt, maar ook hoe Aad het leven neemt.

“Er zijn jonge mannen die als oude lullen in het leven staan en er zijn oude mannen die nog als jonge vent door het leven gaan,” lacht hij.

Het geheim? Te genieten van het leven en dus ieder moment te pakken dat je krijgt. “Het gaat erom hoe je je voelt, hoe oud je je voelt, niet hoe oud je bent. Ik voel me gewoon nog een vent van in de dertig.”

Bridget van Alphen

Gepubliceerd editie 2018 1-2, april 2018